Signalen van stress, opvang en nazorg

Type oplossing

Als medewerkers agressie en geweld hebben meegemaakt, kunnen ze last krijgen van stress. Als signalen van stress tijdig herkent en besproken worden, is veel ellende te voorkomen.
Die signalen zijn namelijk energievreters en bekende voorlopers van langdurig verzuim.

 

Beschrijving oplossing

Bij agressie en geweld zal de ene persoon sneller stress ervaren dan de ander. Iedereen is hierin verschillend. Daarom is het belangrijk dat die signalen snel herkend worden en dat snel een goed gesprek gepland wordt.

Tips voor leidinggevenden

  • Zorg ervoor dat de medewerkers worden bijgestaan om hun ervaringen te verwerken. Daarbij is het belangrijk dat de leidinggevende een luisterend oor heeft voor de medewerker die een incident heeft ervaren. Houd de vinger aan de pols in gesprekken, controleer hoe het met de medewerker gaat. En zorg dat er informatie is – als dat aan de orde is - over bijvoorbeeld schadevergoedingen, aangifteprocedures en een klachtenregeling;
  • Gebruik de signalenlijst om stress te herkennen;
  • Heeft een medewerker een traumatische gebeurtenis meegemaakt en blijft hij hier last van houden? Overleg dan met hem of hij professionele ondersteuning nodig heeft. Dat kan via de arbodienst, huisarts of vertrouwenspersoon;
  • Bekijk ook onderstaande tips als een medewerker een agressie-incident heeft meegemaakt en hij ziet u kort na dat incident?
  • Geef de medewerker de kans zijn verhaal te vertellen. Neem de ervaring van de medewerker serieus.
  • Vaak zijn voor de medewerker hele praktische zaken van belang. Hoe kom ik naar huis, wie informeert mijn familie etc.
  • Medewerkers die net iets ernstigs hebben meegemaakt zijn vlak na een incident vaak haast niet in staat om iets op te nemen. Praat daarom direct na het incident alleen over dingen die echt noodzakelijk zijn.
  • Spreek bijvoorbeeld pas de volgende dag over het al of niet weer gaan werken.
  • Ongeveer 5% van de medewerkers heeft na 4 tot 6 weken nog last van ernstige ontregeling. Denk aan slecht slapen, herbeleving, snel geïrriteerd zijn, neerslachtigheid en inactiviteit. Verwijs deze personen door voor behandeling.
  • Maak hierbij zo nodig gebruik van ondersteuning van de arbodienst of de vertrouwenspersoon.
  • Vergeet niet de andere medewerkers op hoofdlijnen te informeren over wat er gebeurd is. En ze de kans te geven stoom af te blazen over wat er met hun collega gebeurd is.
  • Heeft een klant zich agressief gedragen, handel dan als volgt:
    • Spreek de klant aan op dit gedrag;
    • Beëindig eventueel de relatie;
    • Ontzeg de klant verdere toegang tot het bedrijf;
    • Doe aangifte als er sprake is van een strafbaar feit.


Tips voor medewerkers

  • Aan een gebeurtenis met agressie en geweld kunnen behoorlijke stressreacties en zelfs gezondheidsklachten overgehouden worden. Lees, als dat gebeurd is, onderstaande tips:
    • Lichamelijke en emotionele reacties na een ernstig incident zijn ‘gewoon’. Dit neemt gewoonlijk na een paar dagen af. Blijft na een agressie-incident  het gevoel van te veel spanningsklachten, doe dan de stresstest.  Het invullen van deze zelftest kost slechts 2 minuten en geeft een indicatie van de spanningsklachten. Het herhalen van de test op een later tijdstip, geeft een indruk of en in welke mate de spanningsklachten zijn toe- of afgenomen. Na beantwoording van alle vragen geeft de zelftest een praktisch advies;
    • Het herstel wordt bevorderd door voldoende rust te nemen en ervaringen naar behoefte uit te wisselen met mensen die vertrouwd zijn;
    • Neem zo nodig contact op met een vertrouwenspersoon. De arbodienst heeft een eigen vertrouwenspersoon. Informeer bij de leidinggevende met welke arbodienst het bedrijf te maken heeft. Ook contact opnemen met Slachtofferhulp Nederland (0900-0101 tegen lokaal tarief) is mogelijk.
    • Blijf niet rondlopen met problemen. Het is ongezond in een onveilige of onprettige situatie door te werken. Dat is niet lang vol te houden en kan ziekmakend zijn;
    • Na 4-6 weken nog steeds klachten, maak dan een afspraak met de bedrijfsarts en vraag daar zo nodig verwijzing naar een gespecialiseerde hulpverlener. Behoefte aan professionele ondersteuning? Vraag daar dan om bij de leidinggevende, of maak een afspraak met de bedrijfsarts of de vertrouwenspersoon van de arbodienst.